Guatemala is een bijzonder land. Dit relatief kleine landje heeft één van de meest diverse klimaatcondities in de wereld. Deze voor koffieteelt perfecte omstandigheden staan aan de basis van zeven verschillende regio’s waar Arabica koffies worden verbouwd. Deze regio’s zijn: Antigua, Fraijanes Plateau – Rainforest Cobán – Highland Huehuetenango – Atitlan – Volcan San Marcos – Oriente. De geschiedenis van koffie in Guatemala begint in 1760, toen Europeese immigranten de koffie hier naar toe brachten. Ook hier was de eerste koffieteelt voor eigen gebruik en duurde het 40 jaar voordat men inzag dat koffie als exportproduct potentie had. Inheemse gewassen zoals indigo kregen problemen met ziektes en koffie werd als vervanger steeds belangrijker. In 1859 werd de eerste koffie geëxporteerd naar Europa en één jaar later was deze exporthandel verdrievoudigd. In 1868 verspreidde koffie zich over het hele land als landbouwgewas door inzet van de landelijke regering. Zij zagen welke belangrijke rol koffie kon gaan betekenen voor Guatemala en daarom nam de politiek in 1870 belangrijke beslissingen met als doel koffie één van de belangrijkste producten voor de economie van Guatemala te maken. Dat dit lukte werd duidelijk toen in 1880 koffie 90% van Guatemala’s export bedroeg. Helaas zorgde deze bloei ervoor dat veel kleine boeren hun land opgeslokt zagen worden door de grotere plantages. Tegenwoordig bedraagt de koffie export nog steeds 40% van het landstotaal en hebben de koffies een goede reputatie opgebouwd onder de liefhebbers van Specialty koffie.